Coaching
‘Kinderen helpen vrij en vrolijk te leven. Ze niet in een hokje duwen, maar samen op ontdekkingsreis gaan’.
Voor wie:
– Ben je vaak onrustig in je lijf of hoofd?
– Kan je zomaar boos worden?
– Ben je vaak moe?
– Voel je je ‘anders’? En heb je daar last van?
– Voel je je wel eens buitengesloten?
– Vind je het moeilijk om te beginnen met je werk?
– Weet je soms niet meer hoe je verder moet in een situatie?
– Vind je het moeilijk om de lesstof van school te onthouden?
– Is plannen niet je sterkste kant?
– Slaap je vaak onrustig?
– Ben je vaak onzeker?
– Heb je moeite om je te concentreren?
– Zijn er andere dingen waardoor je je niet fijn voelt?
Dan ga ik graag met je op ontdekkingsreis. Om zo te ervaren wat je nodig hebt om weer vrij en vrolijk alles te kunnen doen. Het geheim is dat je heel veel oplossingen al in je hebt, maar dat je deze even kwijt bent of nog niet hebt ontdekt.
Ik krijg in mijn praktijk kinderen van hele diverse leeftijden. Deze variëren tussen de 2 en 18 jaar.
Ouders
Kinderen en hun ouders zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Tijdens mijn coaching vind ik het dan ook prettig dat er een ouder bij aanwezig is. De lijnen zijn korter en de positieve veranderingen worden sneller in praktijk omgezet. Ik maak tijdens mijn coaching veel gebruik van het systemisch denken. Dit houdt in dat je niet alleen naar het kind als individu kijkt, maar ook naar de schakels er om heen. Deze manier van werken zorgt ervoor dat de veranderingen nog krachtiger zijn.
Voelen en denken
Tijdens het coachen richt ik me zowel op het mentale (denken) als het fysieke (voelen) stuk. Voor mij is balans en je vrij/gelukkig voelen alleen mogelijk wanneer beide aspecten op een juiste manier in verbinding zijn. Door te ontdekken wat er in je lijf en hoofd gebeurt, word je je bewust van de oplossingen die je altijd (al) bij je hebt.
Dat is waar het mij om gaat. De handvatten weer in handen krijgen, zodat je daarna zelf verder op je pad kunt gaan.
Vrijheid – ‘Geef een kind de ruimte om zichzelf te zijn, laat het zijn eigen weg gaan’. Theo Thijssen